
Als het op moed aankomt, dan is mijn tweelingzus altijd mijn grote voorbeeld geweest. Ikzelf ben een beetje een bangerik. Al van toen ik klein was, voelde de wereld overweldigend aan: er kwamen zoveel prikkels en indrukken binnen dat ik ze nog moeilijk kon filteren. Banale dingen zoals zwemmen, met andere kinderen praten en hoogtes trotseren, boezemden mij enorm veel angst in, terwijl zij er net in uitblonk.
Mijn tweelingzus was mijn beschermer: wanneer ik gepest werd, kwam zij ertussen. Ook wanneer leerkrachten die me te gevoelig en kwetsbaar vonden, me met de harde hand sterker trachtten te maken, was zij degene die het voor me opnam. Zij was tegelijk mijn meest veilige persoon op aarde, en diegene die mij hielp mijn grenzen te verleggen. Ik trok mij op aan haar durf en moed en trachtte die te imiteren. Zelfs als ik het niet écht durfde, kon ik het wel spelen, nog altijd: als iets me afschrikt, dan beeld ik me in dat het maar een film is waarin ik speel en dat ik steeds een tweede take kan doen als het niet goed gaat.
Doorgaan met het lezen van “Yasmina: “Ik mis bondgenootschap, en vooral zusterschap””