door Debby Van Linden

Bij de Egyptische bevolking werd ze ‘Noet’ genoemd, met Isis als haar dochter, de Incacultuur spreekt dan weer van ‘Pacha Mama’, wij noemen ze ‘Moeder Aarde’ of ‘Moeder Natuur’, in de christelijke religie wordt ze weerspiegeld door Anna, moeder van Maria en grootmoeder van Jezus en de Griekse cultuur sprak van ‘Gaia’. In wetenschappelijke kringen wordt haar bestaan als ‘onwaarschijnlijk’ bestempeld en de daaraan verbonden hypothese over het bestaan van vroege matriarchaten ontkend. Archeologische vondsten van talloze vrouwenbeeldjes worden als ‘seksgodinnen’ en ‘Venussen’ afgedaan.
Vrouwenkringen, sommige feministische milieus, heksengroeperingen, Turkse musea en een groepje archeologen hangen een andere visie aan: zij refereren naar opgravingen, hedendaagse matriarchale/matrilineaire culturen en volksgebruiken om hun overtuiging kracht bij te zetten. Twee bekende namen die deze visie archeologisch documenteren zijn Marija Gimbutas en James Mellaert: waar Gimbutas ettelijke vreedzame culturen met vrouwenbeeldjes op kaart zette, toonde Mellaart in het Turkse Catal Hüyük een tempel in vrouwenlichaamvorm aan.
Een onderwerp als dit bestuderen vraagt om een samenvoeging van verschillende domeinen: mythologie, antropologie, taalkunde, archeologie, geschiedenis, symbolenleer, religie en sociologie. Eén gemeenschappelijke factor verenigt al deze domeinen: tot voor kort zwaaiden enkel mannen er de plak en werd ‘de realiteit’ bekeken vanuit een Westerse, gegenderde blik: een cultuur werd ‘de Bosjesmannen’ genoemd, onze op school geleerde geschiedenis bevat grotendeels namen van keizers, koningen en veroveraars – vrouwennamen zijn een povere minderheid, ‘God’ wordt ‘de vader’ genoemd en Maria krijgt enkel een zekere status als ‘moeder van’.
Of de Godin al dan niet bestaan heeft en vrouwen ooit gezaghebbers waren, daarover mag u zelf beslissen. Wel wil ik u via de evolutie van Godin(nen) naar Goden meenemen naar een aantal tradities en gebruiken, zowel in onze eigen cultuur als verder weg, die getuigen van oorspronkelijke gebruiken door vrouwen en vervolgens naar een matriarchale/matrilinaire cultuur. In de ‘populaire’ cultuur zou men zeggen: overblijfselen van de hoge status van vrouwen als priesteressen van de Moedergodin.
Godinnen
Of er één Godin was of meerdere, daarover zijn vele hypothesen. Feit is dat we beide visies terugvinden, afhankelijk welke cultuur en welke tijdsperiode men bestudeert. Een opmerkelijke evolutie doorheen de wereldgeschiedenis is wel deze: eerst enkel vrouwenbeelden, dan vrouwenbeelden met enkele mannenfiguren als zoon en minnaar van de betreffende godin, dan komt er een omkering: er worden ‘koppels’ gevormd die vervolgens in de patriarchale richting gaan en uiteindelijk is de vrouw enkel nog ‘draagster en dienares’. In ‘onze’ geschiedenis merken we deze omkering als we de mythen van de Romeins-Griekse cultuur bestuderen: Artemis als zonne-en maangodin wordt vervormd tot dochter van Zeus. Met de ondergang van de Godin(nen) neemt ook het gezag, zeggenschap en de rechten van de vrouw af en komt geweld in vele vormen (verkrachting, oorlog,…) in de verhalen voor. Bij het oprukken van de christelijke cultuur, schuift men één enkele God en zijn zoon naar voren. Vele sporen van ‘heidense’ culturen heeft het christendom echter overgenomen en anders benoemd om hun godsdienst te kunnen opleggen. Het zijn juist deze ‘gemengde gebruiken en feesten’ die een aanknopingspunt zijn naar het opsporen van oudere tradities en rituelen, o.a. in sprookjes, volksverhalen en volkse gebruiken*.
Symbolen: de grot, de boom en de vulva
Grotten, (graf)heuvels en spelonken worden vaak als sacrale plaatsen aanzien en gedocumenteerd: daar waar een ingang is en men kan afdalen in ‘de baarmoeder of tempel van de Godin’. De spelonk of ingang werd later nagebouwd en ‘poort’ genoemd en resulteerde nog later in het ‘nabouwen’ van zo’n heilige plaats: dat wat wij nu kerken en kapellen noemen. Griekenland heeft zo de beroemde ‘Hal Saflieni’-grot (Malta): een wandeling doorheen dit complex laat je de slaapvertrekken, orakelkamer, slangenput,… zien. In de grot werd ook het bekende vrouwenbeeldje ‘the sleeping lady of Malta’ gevonden: volgens velen een representatie van de mystieke droomkracht van de Godin.
Heel veel archeologische schilderingen en inkervingen zijn aangetroffen in grotten: in de Franse grot bij la Ferrasserie zijn ingekerfde vulva-tekeningen gevonden die gemaakt zijn tussen 28.000 en 26.000 jaar v.C. Hedendaagse restanten treffen we vooral in Engeland (o.a. in Cavan) aan: aan de ingang van veel kerken is Sheela-na-Gig, de vulvavrouw, aanwezig: via haar ga je de baarmoeder binnen. Als we eens kijken naar de christelijke Maria, dan merken we haar op in een grot (Lourdes) of nabij een boom (die vaak later een kapel werd): deze laatste staat voor de ‘levensboom’, sacrale verbindingsplaats tussen hemel en aarde en tevens vorm van de placenta vlak na de geboorte. Het planten van een ‘geboorteboom’, al dan niet met de placenta aan de aarde toegevoegd, is een gebruik dat we mogelijk nog herinneren in onze Vlaamse cultuur. De Bijbelse priesteres en rechter Deborah had trouwens haar ‘rechtspraktijk’ onder een boom en de kerkvaders noemen hun heilige plaats ‘moederkerk’.
De Mosou
Deze gemeenschap woont op de grens van China, nabij het Lugumeer en is omgeven door bergen waarvan ze de voor hun belangrijkste ‘Gun Mu’ noemen, ‘Moeder Berg’. Vanwege hun ligging hebben ze lang weinig contact gehad met andere culturen. In de jaren zeventig werd een toegangsweg aangelegd, waardoor toerisme kon plaatsvinden: alhoewel dit geld in het laatje bracht, ontstonden er neveneffecten: o.a. prostitutie kwam op als gevolg van de patriarchale kijk op deze vrouwen die ‘makkelijk’ zouden zijn.
Aan het hoofd van een Mosoufamilie staat een vrouw, meestal een grootmoeder of tante van oudere leeftijd. Kinderen maken altijd deel uit van de familie van de moeder en worden opgevoed door haarzelf, haar zussen en broers. Vanaf het twaalfde – veertiende jaar worden kinderen via een initiatie ‘vrouw’ dan wel ‘man’: vrouwen dragen vanaf dan een rok, mannen een broek. Een vrouw krijgt dan ook een eigen slaapkamer op het domein van haar familie. Vanaf dat moment kan zij in alle vrijheid een man uitnodigen om de nacht bij haar door te brengen (als hij niet wil, zoekt hij haar niet op): zij maakt zelf de keuze één partnerschap aan te gaan of meerdere seksuele contacten gedurende haar leven te hebben. Typerend voor deze samenleving is dat zij seksualiteit scheiden van economie en bezit, gezinsstructuur en opvoeding van de kinderen: deze noden worden immers volledig door de familie ingevuld. Hun organisatiestructuur zet ons Westers denken over het kerngezin, bezit en de seksuele normen naar vrouwen toe op haar kop.
Andere vraagtekens
- Hebt u al gemerkt dat mannen in onze cultuur (op een artiest of modeontwerper na) geen jurken dragen behalve als ze (ooit) hooggeplaatste beroepen uitvoeren zoals pater, priester en rechter uitvoeren: refereert dit naar de kledij van deze oorspronkelijke ‘vrouwenberoepen’?
- De uitspraak voor ‘moeder’ en ‘zee’ in het Frans net hetzelfde is (mère/mêr) – u komt immers ook uit ‘de zee’, het vruchtwater van uw moeder?
- Maria Magdalena een ‘raadsel’ blijft (zelfs na ‘De Da Vinci code’) in de zin dat haar ware identiteit nooit bekend werd gemaakt? Zou ze misschien, als vrouw zonder mannelijke referentie in haar achternaam én met een gospel op diezelfde naam, afkomstig zijn uit een andere, matriarchale cultuur?
- Een aantal vrouwen, waaronder Hildegard van Bingen en Jeanne d’Arc, een uitzonderlijke status hebben bereikt in een patriarchaal, christelijke samenleving door alle autoriteit te omzeilen en te getuigen van ‘rechtstreeks contact met God’ – toch wat priesteresachtig, niet?
- De biologie spreekt over ‘moedercel’ en ‘dochtercellen’ maar nooit over ‘vadercellen’ en ‘zooncellen’ en de uitspraak ‘Nature’s destiny is to become a woman’ van toepassing is?
- Het oudste patriarchale beroep prostituée is, doch het alleroudste beroep vroedvrouw?
- In heel veel woorden ‘moeder’ (‘ma’)’ terug te vinden is: het Italiaanse matrimonio (vertaald als ‘huwelijk’- letterlijk ‘moeder worden’ en dus niet ‘vader worden’), materie, Alma Mater (‘voedende moeder’ als vertaling voor ‘universiteit’), mama, Maria.
- De Zwarte Madonna te Halle wel heel veel lijkt op de Egyptische Godin Isis met kind op de schoot en het beeld van deze Vrouwe in opdracht van een vrouw naar Halle werd gebracht? Werd dit beeld zwart van de kanonballen of belichaamt zij ‘het donkere’ van de Moedergodin dat door de kerkvaders werd gevreesd?
een bijdrage van Debby Van Linden
Meer over mijn Herstorische zoektocht naar vrouwenerfgoed vind je op begijnhovenqueeste.wordpress.com
Indien u meer wil lezen raad ik u, naast vermelde brontitels, werken van Annine Van Der Meer en Marija Gimbutas aan.
Voetnoot * De oorsprong van onze christelijke feesten zijn terug te vinden in de Keltische cultuur, deze feesten vinden we ook terug in heksenkringen-en rituelen.
Bronnen
BERGMAN, S. (2013) Sletvrees. Uitgeverij Nijgh en Van Ditmar, Amsterdam.
ESTES, C.P. (2009) De ontembare vrouw. Uitgeverij Altamira,
FRENCH, M. (1995) Een vrouwelijke geschiedenis van de wereld. Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam.
PEETERS, A. (2004) Dochters van de maan. Uitgeverij Altamira, Haarlem.
VAN DER MEER, A. (2009).Venus is geen vamp. Uitgeverij A3, Geesteren.
1 Pingback