Zaterdag 23 november 2013 in Amazone, Brussel
November lijkt echt de queer-feministische maand in Brussel. Als je naar feministische/LGBTQ films, feestjes, workshops, lezingen of optredens wil gaan, dan is Brussel op dat moment the place to be. Pink Screens (queer filmfestival), Van Alle Genders Thuis (trans/intergenderfestival door Genres Pluriels) en L-Week (dat nu L-festival heet) zijn een jaarlijkse traditie geworden in november. Al deze festivals duren een week of langer, dus je kunt echt voor een maand in Brussel verblijven en bijna elke dag iets leuks/interessants doen. Het is alsof je een maand lang naar een ladyfest gaat.
Ik moet toegeven dat ik zelf wel weinig geprofiteerd heb van al die festivals dit jaar. Maar een activiteit waar ik wel naartoe MOEST gaan was een colloquium over de strijd van lesbiennes en feministes dat op het programma stond van het L-festival. De thema’s en enkele vriendinnetjes als spreeksters gaven de doorslag. De meeste lezingen waren in het Frans, dus vergeef uw verslaggeefster als ze niet alles heeft verstaan.
Radicaal lesbisch-feminisme, iets uit het verleden? Niet meer relevant, en de beweging niet meer actief? Dan had je aanwezig moeten zijn op dit colloquium. Het was een heel boeiende dag vol lezingen en gesprekken over allerlei thema’s die lesbische/feministische activistes aanbelangen. Zo kwamen onder andere draagmoederschap, geweld, het (holebi)huwelijk, interculturaliteit en samenwerking tussen feministische/lesbo/holebi bewegingen aan bod.
De dag begon met een terugblik op de geschiedenis van lesbisch-feministisch activisme. Anke Hintjes vertelde – zoals steeds met een hele hoop humor en anekdotes – over haar ervaringen als voormalig woordvoerster van de Holebifederatie (nu çavaria) in de jaren ’90. Niet alleen de houding van de maatschappij en politici was problematisch, maar ook die van de vrouwenbeweging en de homobeweging. Lesbiennes vielen overal buiten en er werd weinig rekening gehouden met hun belangen, ook al zetten ze zich meer in dan heterovrouwen of homo’s. Binnen de vrouwenbeweging mochten ze ook niet te zichtbaar zijn. Anke concludeerde dat we samen met andere bewegingen moesten organiseren als het kon en apart als het moest. Ze haalde voordelen aan van zich autonoom organiseren met enkel vrouwen of lesbiennes, zoals het leren spreken voor een groep of leren acties organiseren en hier zelfvertrouwen in krijgen, maar pleitte ook voor allianties met bv. andere onderdrukte groepen. Ook linkse activisten zouden holebi’s moeten steunen, vond Anke, en niet zoals nu zeggen dat ze niet naar de Pride gaan “omdat ik geen holebi ben”, terwijl ze wel een actie van asielzoekers steunen ook al zijn ze zelf geen asielzoeker.
Mathilde Messina heeft onderzoek gedaan naar de radicaal lesbische beweging uit de tweede golf (= eind jaren ’60 tot jaren ’80) in Brussel. Dit is iets wat mij heel erg interesseert, maar waar maar weinig informatie over beschikbaar is. Een tijdje geleden verscheen een boek over de Franstalige feministe Jeanne Vercheval die actief was in Marie Mineur en in andere feministische groepen en projecten uit de tweede golf. Dat was al een begin. Maar het onderzoek, de reportages en de publicaties die er bestaan focussen meestal op feministisch activisme uit het begin van de jaren ’70 (vooral de fotogenieke Dolle Mina’s). Al de rest wordt vergeten en van feminisme van over de taalgrens horen we hier ook zo goed als nooit iets. In de lezing kwamen groepen zoals Les Biches Sauvages, Lesbiennes Radicales en Lesbianaires aan bod. Groepen die niet alleen radicaal waren voor de buitenwereld, maar ook binnen de vrouwenbeweging en de vrouwenhuizen voor discussie zorgden. Enkele van de activistes van toen zaten nu in de zaal en leken nog even actief en gepassioneerd. (Enkelen van hen doken de maandag daarop – de internationale dag tegen geweld op vrouwen – ook op in een actie tegen geweld op vrouwen georganiseerd door de Vrouwenraad).
De koffiepauze gaf de gelegenheid om wat oude/jonge bekenden terug te zien! Joepie, networking is leuk als activiste! 🙂 Er liepen mensen rond van Elles Tournent, Scumgrrrls, FEL, Fat Positivity Belgium, Pink Screens, Hollaback!Brussels… Bijna het hele radicale/autonome deel van de feministische beweging leek vertegenwoordigd. Uw verslaggeefster was tevreden bij het zien van zoveel femi-enthousiasme.
Na de koffiepauze was er een lezingenreeks over politieke strijd. Spreekster Irène Kaufer is een bekende feministe aan Franstalige kant en heeft blijkbaar de bijnaam “madam foulard” omdat ze de keuze om een hoofddoek te dragen steunt. Ze legde haar standpunt tegen het huwelijk uit, maar wees er wel op dat ze niks had tegen mensen die trouwen. Een feest is fijn, maar trouwen heeft ook andere gevolgen en betekenissen. Ze legde het verschil uit tussen afgeleide rechten (afhankelijk van partner) en directe rechten (zelf opgebouwde rechten), dat ze onrechtvaardig vindt, en kwam met het radicale voorstel om successierechten af te schaffen: iedereen gelijke rechten vanaf de geboorte! Ze vertelde ook dat feministes vroeger gingen protesteren bij heterohuwelijken (“liberez les marrié(e)s!”) en dat pas getrouwde holebi’s nu verkondigen dat ze “blij zijn om de naam van hun vrouw te nemen” en “blij zijn om nu wij te kunnen zeggen in plaats van ik”. Droevig.
Malin Bjork, redactrice en schrijfster bij het feministische tijdschrift Scumgrrrls (lees zeker het laatste nummer met onder andere artikels over bruggen en links tussen feministische en holebi bewegingen!), riep op tot het vormen van een front tegen draagmoederschap. Ik was blij dat er eindelijk eens iemand zich vragen stelt bij draagmoederschap. (Sommige) feministes hebben kritiek op prostitutie omdat vrouwenlichamen hierin misbruikt worden, en terecht. Maar kunnen we ook niet zeggen dat de lichamen van draagmoeders gebruikt worden voor/door derden en dat dit eveneens te maken heeft met armoede, privileges en uitbuiting? Draagmoeders, tenzij in enkele uitzonderlijke gevallen van een gratis vriendendienst, zijn doorgaans personen met een precaire socio-economische status, m.a.w. vrouw, arm en niet-westers. Maar daar wordt gemakkelijkheidshalve over gekeken door beleidsmakers en holebi-lobbyisten. Het blijken trouwens vooral heterokoppels te zijn die gebruik maken van draagmoeders om hun kind(eren) te baren. Malin is van mening dat er best wel andere manieren bestaan om je kinderwens in vervulling te laten gaan en dat kinderen hebben ook geen mensenrecht is. Ze is niet tegen reproductieve technieken, maar wel tegen het gebruik/misbruik van draagmoeders. Commercieel draagmoederschap is geen “win-win situatie” volgens haar, wat rijke westerlingen beweren. Het is commodificatie van een vrouwenlichaam en een intersectioneel perspectief (kijken naar gender, etniciteit, klasse…) is noodzakelijk.
Irene Zeilinger van Garance en Ingrid van Hollaback!Brussels deelden beiden hun ideeën over geweld op lesbiennes. Garance is een organisatie die feministische zelfverdedigingsworkshops geeft aan vrouwen. Hollaback is een internationaal netwerk van lokale groepen die strijden tegen seksuele intimidatie op straat. Irene en Ingrid gaven ieder een presentatie over wat geweld op lesbiennes inhoudt. Volgens Irene had dit geweld onder andere met de verplichte seksuele beschikbaarheid van vrouwen te maken, waaraan lesbiennes niet voldoen. Verder zeiden ze allebei dat geweld ook met andere identiteiten van lesbiennes (en de bijhorende onderdrukkingen) te maken kan hebben. Weer dat intersectioneel perspectief of kruispuntdenken, het werd tijdens deze dag grappend als “compot” van identiteiten omschreven.
Hier enkele cijfers die best choquerend zijn:
- 78-98% van de lesbiennes is slachtoffer van geweld
- 14-24% van fysiek geweld
- 60-98% van psychologisch/verbaal geweld
- 25-44% van seksueel geweld
De gevolgen van dit geweld of de dreiging ervan leiden tot:
- 75% van de lesbiennes vertoont geen tekenen van affectie in publiek
- 66% analyseert de situatie eerst voor ze zich outen
- 49% praat niet over relaties
- 17% liegt over het geslacht van hun partner
- 22% kleedt zich vrouwelijker
- 6% neemt een alibi man mee naar feesten of bijeenkomsten
80-90% van de vrouwen wereldwijd krijgen te maken met intimidatie in publiek en 95% van de lesbiennes.
Ingrid sloot af met enkele ideeën om te reageren op dit geweld: straatacties (zoals “chalk walks”: een boodschap schrijven met straatkrijt op de plek waar je ooit bent lastiggevallen), je verhaal delen op blogs, posters of stickers plakken, een foto maken van je belager (wel riskant), strips, het incident melden (politie, centrum of instituut voor gelijkheid)…
In de namiddag ging de discussie verder met een paneldebat over “andere culturen” en een groepsgesprek over de lesbische beweging. De moderatrice van het debat werkt bij ella vzw (kenniscentrum voor gender en etniciteit) en begon met een knap filmpje van 2 vrouwen die slam poetry brachten over racisme en homofobie. In het panel zaten Baharak Bashar van de actiegroep Plasactie, antropologe Nadia Fadil, onderzoekster Ghaliya Djelloul en Irène Kaufer. Ghaliya doet onderzoek naar hoe moslimvrouwen hun eigen feminisme maken en riep op om naar hun kwaadheid te luisteren zonder te verlammen of defensief te worden, maar in de plaats daarvan samen te werken. Nadia sprak over privileges en onderdrukking die samengaan met verschillende identiteiten. Baharak vertelde over een rechtzaak die ze tegen de stad Gent had aangespannen voor sanitaire discriminatie (er zijn gratis uriniors voor mannen, maar vrouwen moeten betalen om naar het toilet te gaan). Ze werd toen een “fundamentaliste” genoemd omdat ze voor eigen rechten opkwam. Vrouwen van “allochtone” afkomst worden vaak als sukkeltjes gezien/behandeld die niet voor zichzelf kunnen opkomen en die meer onderdrukt worden dan “autochtone” vrouwen, maar als ze hun zeg doen en zich niet laten doen, worden ze meteen als extremist bestempeld door de blanke ridders die hen eerst wilden redden/beschermen. Er was ook kritiek op Pascal Smet die blijkbaar enkel geld wil geven aan campagnes tegen intimidatie van holebi’s door moslimmannen. (Ja, beste Pascal, je hebt het woord “gender” ontdekt en je vindt het hip zonder te weten wat het betekent. Maar heb je al over onderdrukking en intersectionaliteit gehoord? Laat anders het denk- en doewerk gewoon over aan mensen die er wel mee bezig zijn en iets over weten en geef ze gewoon het budget dat ze nodig hebben.)
Tenslotte volgde een groepsgesprek over de lesbische en feministische bewegingen geleid door Anne Laure van Pink Screens en Valerie Lootvoet van Université des Femmes (die een rapport over lesbianisme en feminisme hebben gepubliceerd!) . We gingen in een grote – héél grote want er was veel volk – kring zitten en discussieerden over de rol en deelname van lesbiennes in de feministische beweging. Spelen lesbiennes een centrale rol in de vrouwenbeweging? Zijn ze in de meerderheid of niet? Of enkel in het autonome/radicale deel van de beweging? Krijgen ze wel steun van anderen, ook als ze zelf in andere bewegingen actief zijn? De conclusie was dat de lesbische strijd antipatriarchaal, antikapitalistisch en antiracistisch moest zijn. (En NVA in de Pride is niet onze Pride!).
Dezelfde avond was er een optreden in het Regenbooghuis in het centrum van Brussel ter gelegenheid van L-Festival, dus daar ben ik ook een kijkje gaan nemen. Het optreden werd georganiseerd door Pullet Rocks, een collectief dat concerten voor vrouwenbands regelt. Leuk dus! Het duo Cheshire Cat (The Bouncing) bracht een soort new wave-achtige punk met een zangeres-bassiste die erg op Nina Hagen leek. De simpele riffs en beats werkten aanstekelijk en de duistere sfeer paste goed. In het Regenbooghuis was ook een tentoonstelling van oude affiches te zien van bijvoorbeeld lesbiennedagen en soortgelijke activiteiten. Heel interessant! Deze was samengesteld door het holebitransarchief Suzan Daniel Fonds. Het optreden en de tentoonstelling maakten het Ladyfest, uhm… ik bedoel L-festival compleet.
Geef een reactie